Persbericht

Obstructie door oppositie wordt een halt toegeroepen

De oppositie trachtte op een roekeloze wijze de stemming van het wetsvoorstel tot bekrachtiging van het koninklijk besluit dat de epidemische noodsituatie afkondigt te verhinderen door het vragen van een tweede lezing. De diensten van de Kamer hebben op objectieve wijze duidelijkheid geschapen door aan te geven dat het vragen van een tweede lezing van een bekrachtigingswet onmogelijk is. Zo wordt het theaterstuk van de oppositie een halt toegeroepen en kan worden overgegaan tot een tijdige stemming.

“Dat iedereen zich bewust is van de ernst van de epidemische situatie waarin we ons nog steeds bevinden, blijkt uit de unaniem gedragen beslissingen van het Overlegcomité, waarin alle regeringen vertegenwoordigd zijn, en de debatten in de commissie Binnenlandse Zaken, waarin het afkondigen van de epidemische noodsituatie niet in vraag werd gesteld”, aldus minister van Binnenlandse Zaken Annelies Verlinden. “Ik betreur dan ook ten zeerste dat de oppositie er alles aan doet om de toepassing van de pandemiewet, die tot stand is gekomen na een democratisch debat en stemming in het Parlement, tegen te houden. Met dit roekeloze manoeuvre stuurt de oppositie aan op chaos, met de volksgezondheid en het welzijn van ons allemaal als inzet. De diensten van de Kamer hebben nu duidelijkheid geschapen door aan te geven dat het vragen van een tweede lezing van een bekrachtigingswet niet mogelijk is, waardoor de obstructie door de oppositie een halt wordt toegeroepen.”

De Raad van State, verschillende hoven en rechtbanken, en recent ook nog het Hof van Cassatie, bevestigden dat de wet betreffende de civiele veiligheid volstaat als rechtsbasis voor de coronamaatregelen. Toch klonk de maatschappelijke roep, en in het bijzonder ook deze van de oppositie, luid naar een specifiek rechtskader voor het nemen van maatregelen van bestuurlijke politie in geval van een pandemie. Deze vraag werd beantwoord met de publicatie van de pandemiewet in het Belgisch Staatsblad op 20 augustus 2021.

Sindsdien werd de nood van de toepassing van de pandemiewet in de praktijk nauwgezet opgevolgd. Zodra uit de analyses van de adviesorganen en het advies van de minister van Volksgezondheid bleek dat kon worden voldaan aan alle criteria voor het bestaan van een epidemische noodsituatie, werd de epidemische noodsituatie afgekondigd door de Federale Regering, na overleg in het Overlegcomité van 26 oktober 2021. 

Het koninklijk besluit dat de epidemische noodsituatie afkondigde, werd op 29 oktober 2021 in het Belgisch Staatsblad gepubliceerd. Tegelijkertijd traden ook de maatregelen om de epidemische noodsituatie te bestrijden in werking. De bekrachtiging van de afkondiging van de epidemische noodsituatie door de Kamer zou binnen de vijftien dagen volgen. 

Toch besliste de oppositie - op het moment dat de eerstelijnszorg, de testcentra, de contact tracing en de ziekenhuizen bijzonder sterk onder druk komen te staan door een stijgend aantal besmettingen en een verhoogd aantal ziekenhuisopnames - een politiek spel te spelen. Tijdens de commissie Binnenlandse Zaken van 8 november 2021 werd geen inhoudelijke discussie gevoerd over de vraag of al dan niet werd voldaan aan de criteria om van een epidemische noodsituatie in de zin van de pandemiewet te kunnen spreken. Ondanks dat alles vroeg de oppositie - waarvan één partij ook vertegenwoordigd is in het Overlegcomité dat de toepassing van de pandemiewet bevestigde - alsnog een tweede lezing van de bekrachtigingswet.

Door het vragen van een tweede lezing, die inhoudelijk niets zou bijbrengen aan de vraag of er sprake is van een epidemische noodsituatie of niet, trachtte de oppositie de tijdige stemming van de bekrachtigingswet in de plenaire vergadering te verhinderen binnen de voorziene termijn, met de volksgezondheid en het welzijn van ons allemaal als inzet. Dit manoeuvre is bijzonder betreurenswaardig en zelfs roekeloos, en toont aan dat de oppositie enkel aanstuurt op chaos door te trachten de juridische basis van de coronamaatregelen te ondergraven. De diensten van de Kamer bevestigden evenwel op objectieve wijze de visie van de meerderheidspartijen, door te stellen dat het vragen van een tweede lezing van een bekrachtigingswet niet mogelijk is. Er kan dan ook worden overgegaan tot een tijdige stemming van de bekrachtigingswet in de plenaire vergadering van woensdag 10 november.

De pandemiewet biedt een basis om snel en gericht te kunnen handelen, met parlementaire betrokkenheid als hoeksteen. De oppositie koos er evenwel voor om die parlementaire betrokkenheid niet op te nemen. Dit is een klap in het gezicht van de zorgverleners, en van iedereen die zich elke dag inzet om de COVID-19-pandemie te bestrijden en draaglijker te maken.